1e Zomerzangavond 26 juni 2024

Gepubliceerd op 26 juni 2024 door Alex onder Nieuws

De dienst begint om 19:30uur en wordt live uit gezonden om kerkomroep.nl en kerkdienstgemist.nl. Ook hebben we besloten om de liturgie online te gaan zetten dat u weet wat er in de dienst komt.

De dienst is met enkel geluid te volgen via kerkradio of de link:

https://www.kerkomroep.nl/#/kerken/11159

Dienst is met beeld en geluid te volgen via de link:

Hervormde Kerk Bennebroek (PKN) – Kerkdienstgemist.nl

Organist: Gert Stad

De liederen zijn door de voorbereidingscommissie uitgekozen.

De techniek wordt verzorgd door Anthon van Dijk of Jan Willem van den Oever.

Er wordt gezongen uit de bundels: Evangelische Liedbundel, Johan de Heer, Opwekking, Liedboek voor de Kerken 1973 (psalm / gezang), Nieuwe Liedboek 2013 (psalm / lied), Zingende Gezegend, Hervormde Bundel (1938), Jeugd in Actie, Weerklank en de bundel Tussentijds.

U bent van harte uitgenodigd om een andere partij te zingen als u die kent.

De collecte voor de onkosten is digitaal of via een busje achter in de kerk. U kunt aan de collecte ter bestrijding van de onkosten deelnemen door uw gave over te maken op rek. no. NL60RABO 0306902028 t.n.v. Kerkrentmeesters Hervormde Gemeente Bennebroek, onder vermelding van zomerzangavond.

Thema: Lente

Orgelspel

PowerPointpresentatie: ‘Lente: toch wordt het weer lente’

Opwekking 167

1.     Samen in de naam van Jezus

        heffen wij een loflied aan,

        want de Geest spreekt alle talen

        en doet ons elkaar verstaan.

        Samen bidden, samen zoeken

        naar het plan van onze Heer.

        Samen zingen en getuigen,

        samen leven tot zijn eer.

2.     Heel de wereld moet het weten

        dat God niet veranderd is.

        En zijn liefde als een lichtstraal

        doordringt in de duisternis.

        ’t Werk van God is niet te keren

        omdat Hij er over waakt,

        en de Geest doorbreekt de grenzen

        die door mensen zijn gemaakt.

3.     Prijst de Heer, de weg is open

        naar de Vader, naar elkaar.

        Jezus Christus, Triomfator,

        mijn Verlosser, Middelaar.

        Vader, met geheven handen

        breng ik U mijn dank en eer.

        ’t Is uw Geest die mij doet zeggen:

        Jezus Christus is de Heer!

Evangelische Liedbundel 343

1.     Heer, onze God, hoe heerlijk is uw naam,

        die U ons noemt door sterren, zon en maan.

        Hemel en aarde spreken wijd en zijd,

        tonen het wonder van uw heerlijkheid.

2.     Heer, onze God, die aard’ en hemel schiep,

        zeeën en land met macht te voorschijn riep.

        Wat zijn wij, mensen, dat U aan ons denkt

        en ons uw heerlijkheid en luister schenkt?

4.     Daarom zal, Heer, ons lied een loflied zijn,

        dat in ons zingt met eindeloos refrein.

        Prijzend uw liefde, heffen wij het aan:

        Heer, onze God, hoe heerlijk is uw naam!

Nieuwe Liedboek Lied 8b

1.     Zie de zon, zie de maan,
zie de sterren in hun baan,
sterren ontelbaar, overal vandaan.
Onvoorstelbaar wonderlijk gedaan.
Heer, hoe heerlijk is uw naam!

2.     Hoor de zee, hoor de wind,
hoor de regen als hij zingt,
druppels ontelbaar in de oceaan.
Onvoorstelbaar wonderlijk gedaan.
Heer, hoe heerlijk is uw naam!

3.     Ruik een bloem, ruik een vrucht,
ruik de geuren in de lucht,
geuren ontelbaar zweven af en aan.
Onvoorstelbaar wonderlijk gedaan.
Heer, hoe heerlijk is uw naam!

4.     Voel je hart, voel je huid,
voel je adem als je fluit.
Mensen ontelbaar, overal vandaan.
Onvoorstelbaar wonderlijk gedaan.
Heer, hoe heerlijk is uw naam!

5.     Zie ik de zon, de sterren en de maan,
wat een wonder dat ik mag bestaan!
Heer, hoe heerlijk is uw naam!
Heer, hoe heerlijk is uw naam!

Opening door Janny Gerritsen

Evangelische Liedbundel 161

1.     Komt laat ons vrolijk zingen tot God die alles schiep

        Die bloemen, vissen, vogels uit niets tot leven riep;

        met nevels als een sluier de groene aarde tooit,

        zijn dauw als vreugde parels over de velden strooit.

2.     Die heuvels schiep en dalen, waar Hij zijn aard’ betrad,

        die zon en maan een sterren tot licht gaf op ons pad.

        Looft Hem dan die de mensen tot vreugd’ geschapen heeft,

        en die ons onze schulden om Jezus’ wil vergeeft.

3.     O, God die ons in Christus een machtig vader zijt,

        verlos ons van het kwade nu en in eeuwigheid.

        Leer ons als kind’ren leven en spelen in uw hof,

        en met de eng’len zingen uw glorie en uw lof.

Nieuwe Liedboek 146 c

1.     Alles wat adem heeft love de Here,

        zingen de lof van Isrëls God!

        Zolang ik hier in het licht mag verkeren,

        roem ik zijn liefde en prijs mijn lot.

        Die lijf en ziel geschapen heeft

        worde geloofd door al wat leeft.

        Halleluja! Halleluja!

4.     Hij is ’t, die hemelen, zeeën en aarde,

        die al wat is tot aanzijn riep,

        de enige God die zijn macht openbaarde, –

        Hem is gehoorzaam wat Hij schiep.

        Hij, die het al heeft in zijn hand,

        houdt ook ons zwak geloof in stand.

        Halleluja! Halleluja!

7.     Roemt dan, gij mensen, en lof zingt tezamen

        Hem die zo grote dingen doet.

        Alles wat adem heeft, roepen nu amen,

        zingen nu blijde: God is goed!

        Love dan ieder die Hem vreest

        Vader en Zoon en Heilge Geest!

        Halleluja! Halleluja!

Opwekking 334

1.     Heer, uw licht en uw liefde schijnen

        waar U bent zal de nacht verdwijnen.

        Jezus, Licht van de wereld, vernieuw ons.

        Levend Woord, ja uw waarheid bevrijdt ons.

        Schijn in mij, schijn door mij.

refrein:              Kom, Jezus kom,

                        vul dit land met uw heerlijkheid.

                        Kom Heil’ge Geest, stort op ons uw vuur.

                        Zend uw rivier,

                        laat uw heil heel de aard’ vervullen.

                        Spreek, Heer, uw woord:

                        dat het licht overwint.

3.     Staan wij oog in oog met U Heer.

        Daalt uw stralende licht op ons neer.

        Zichtbaar, tastbaar wordt U in ons leven.

        U volmaakt wie volkomen zich geven.

        Schijn in mij, schijn door mij.

refrein

Gedicht door Rianne Bijl

Opwekking 226

1.     Ik wil zingen van mijn Heiland,

        van zijn liefde, wondergroot,

        die Zichzelve gaf aan ‘t kruishout

        en mij redde van de dood.

refrein:      Zing, o zing van mijn Verlosser.

                Met zijn bloed kocht Hij ook mij:

                Aan het kruis schonk Hij genade,

                droeg mijn schuld en ik was vrij.

2.     ‘k Wil het wonder gaan verhalen,

        hoe Hij op Zich nam mijn straf.

        Hoe in liefde en genade,

        Hij ‘t rantsoen gewillig gaf.

refrein4.     Ik wil zingen van mijn Heiland,

        hoe Hij smarten leed en pijn,

        om mij ‘t leven weer te geven,

        eeuwig eens bij Hem te zijn.

refrein

Gezang 78

1.     Laat me in U blijven, groeien, bloeien,

        o Heiland die de wijnstok zijt!

        Uw kracht moet in mij overvloeien,

        of ‘k ben een wis verderf gewijd.

        Doorstroom, beziel en zegen mij,

        opdat ik waarlijk vruchtbaar zij!

3.     Neen, Heer, ik wil van U niet scheiden,

        ‘k blijf d’ Uw altijd, blijf Gij de mijn’!

        Uw liefde moet alom mij leiden,

        uw leven moet mijn leven zijn,

        uw licht moet schijnen in mijn huis

        bij kruis naar kracht en kracht naar kruis.

4.     Dan blijft mijn ziel voor U gewonnen,

        dan wint mijn ziel door U in kracht!

        Het werk in needrigheid begonnen,

        wordt dan in heerlijkheid volbracht!

        Wat in de winds’len sliep, ontbot,

        en komt in ‘t licht en rijpt voor God.

Opwekking 60

1.     Voor uw liefde, Heer Jezus, / dank U wel.

        Voor uw liefde, Heer Jezus, / dank U wel.

        Wij aanbidden U, Heer.

        U komt toe alle lof en eer.

        O, Heer, wij prijzen uw naam!

2.     Voor uw woord van genade, / dank U wel.

        Voor uw woord van genade, / dank U wel.

        Heer, U maakte ons vrij.

        In uw kracht overwinnen wij.

        O, Heer, wij prijzen uw naam!

3.     Wij aanbidden U, Jezus, / Zoon van God.

        Wij aanbidden U, Jezus, / Zoon van God.

        Vul ons hart voor altijd,

        met uw liefde en heerlijkheid.

        O, Heer, wij prijzen uw naam!

Muzikaal intermezzo

Opwekking 221

1.     Prijst de Heer met blijde galmen,

        gij, mijn ziel, hebt rijke stof.

        ‘k Zal zo lang ik leef, mijn psalmen

        vrolijk wijden aan zijn lof.

        ‘k Zal zolang ik ‘t licht geniet,

        Hem verhogen in mijn lied!

        Hem verhogen in mijn lied!

2.     Zalig hij, die in dit leven

        Jacobs God ter hulpe heeft;

        hij, die door de nood gedreven,

        zich tot Hem om troost begeeft,

        die zijn hoop in ’t hach’lijkst lot

        vestigt op de Heer zijn God.

        vestigt op de Heer zijn God.

5.     ‘t Is de Heer van alle heren,

        Sions God, geducht in macht,

        Die voor eeuwig zal regeren,

        van geslachte tot geslacht.

        Sion, zingt uw God ter eer,

        prijst zijn grootheid, looft de Heer!

        prijst zijn grootheid, looft de Heer!

Opwekking 44

1.     Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft.

        Die vol ontferming ieder troost

        en alle schuld vergeeft.

        Die heel het aards gebeuren

        vast in handen heeft.

refrein:              Hem zij de glorie, want Hij die overwon,

                        zal nooit verlaten wat zijn hand begon.

                        Halleluja. Geprezen zij het Lam,

                        dat de schuld der wereld op Zich nam.

2.     Verdreven is de schaduw van de nacht.

        En wie Hem wil aanvaarden

        wordt eens veilig thuisgebracht.

        Voor hem geldt ook dit wonder:

        alles is volbracht.

Refrein

3.     Hij doet ons dankbaar schouwen in het licht,

        dat uitstraalt van het kruis,

        dat eens voor ons werd opgericht.

        En voor ons oog verrijst

        een heerlijk vergezicht.

refrein

Opwekking 213

1.     U zij de glorie, opgestane Heer!

        U zij de victorie, nu en immermeer.

        Uit een blinkend stromen,

        daald’ een engel af,

        heeft de steen genomen

        van ‘t verwonnen graf.

        U zij de glorie, opgestane Heer!

        U zij de victorie, nu en immermeer.

2.     Ziet Hem verschijnen, Jezus onze Heer!

        Hij brengt al de zijnen in zijn armen weer.

        Weest dan volk des Heren,

        blijd’ en welgezind,

        en zegt telkenkere:

        Christus overwint!

        U zij de glorie, opgestane Heer,

        U zij de victorie, nu en immermeer.

3.     Zou ik nog vrezen, nu Hij eeuwig leeft,

        die mij heeft genezen, die mij vrede geeft?

        In zijn godd’lijk wezen

        is mijn glorie groot,

        niets heb ik te vrezen

        in leven en dood.

        U zij de glorie, opgestane Heer,

        U zij de victorie, nu en immermeer.

Slotwoord door ds. Conny Bakhuis

Gezang 393

1.     De dag, door uwe gunst ontvangen,
        is weer voorbij, de nacht genaakt;
        en dankbaar klinken onze zangen
        tot U, die ’t licht en ’t duister maakt.

2.     Die dan, als onze beden zwijgen,
        als hier het daglicht onderduikt,
        weer nieuwe zangen op doet stijgen,
        ginds waar de nieuwe dag ontluikt.

3.     Zodat de dank, U toegezonden,
        op aard nooit onderbroken wordt,
        maar steeds opnieuw door mensenmonden
        gezongen en gesproken wordt.

4.     Voorwaar, de aarde zal getuigen
        van U, die thans en eeuwig zijt,
        tot al uw schepselen zich buigen
        voor uwe liefd’ en majesteit.

Gezang 390

1.     ‘k Wil U, o God, mijn dank betalen,
        U prijzen in mijn avondlied.
        Het zonlicht moge nederdalen,

        maar Gij, mijn licht, begeeft mij niet.

        Gij woudt mij met uw gunst omringen,

        meer dan een vader zorgdet Gij,

        Gij, milde bron van zegeningen:

        zulk een ontfermer waart Gij mij.

2.     Uw trouwe zorg wou mij bewaren,
Uw hand heeft mij gevoed, geleid;

        Gij waart nabij in mijn bezwaren,

        nabij in elke moeilijkheid.

        Deez’ avond roept mij na mijn zorgen

        tot rust voor lichaam en voor geest.

        Heb dank, reeds van de vroege morgen

        zijt Gij mijn heil en hulp geweest.

3.     Ik weet, aan wie ik mij vertrouwe,

        al wisselen ook dag en nacht.

        Ik ken de rots waarop ik bouwe:

        Hij feilt niet, die uw heil verwacht.

        Eens aan de avond van mijn leven

        breng ik, van zorg en strijden moe,

        Voor elke dag, mij hier gegeven,

        U hoger, reiner loflied to.

Slotlied: Opwekking 58 (staande)

1.     Vrede zij u, vrede zij u,

        gelijk Mij de Vader zond,

        zend Ik ook u.

        Vrede zij u, vrede zij u,

        gelijk Mij de Vader zond,

        zend Ik ook u.

2.     Blijft in mijn vrede, blijft in Mij.

        Mijn woord moet in u zijn,

        dat maakt u vrij.

        Blijft in mijn vrede, blijft in Mij.

        Mijn woord moet in u zijn,

        dat maakt u vrij.

3.     Ontvangt mijn Geest,

        heilige Geest.

        Hij zal u leiden,

        weest niet bevreesd.

        Ontvangt mijn Geest,

        heilige Geest.

        Hij zal u leiden,

        weest niet bevreesd.

4.     Vrede zij u, vrede zij u,

        gelijk Mij de Vader zond,

        zend Ik ook u.

        Vrede zij u, vrede zij u,

        gelijk Mij de Vader zond,

        zend Ik ook u.   

Bij het verlaten van de Kerk kunt u een bijdrage in de

onkosten van deze avond in de busjes achterlaten.

Als u online heeft meegedaan kunt u dat digitaal doen.

Geen reactie op “1e Zomerzangavond 26 juni 2024”

Reageren